Begin november 2021 is de eerste fase van een structureel bodemverbeteringsplan uitgevoerd om de groeiomstandigheden te verbeteren. Daarbij werden groeisleuven aangelegd op plekken waar in de toplaag geen intensieve beworteling aanwezig is. Op sommige plekken was de bodem zeer zuurstofarm (donkergrijze bodem met een penetrante geur).
Deels was te bodem zo verdicht, dat de minigraver er alleen met een snijtand doorheen kwam. Op dat soort plekken is wortelgroei onmogelijk. De losgemaakte grond werd voor 1/3 deel vervangen door een mengsel van schimmeldominantie humuscompost, wormencompost, klei en steenmeel. Hierdoor worden zowel bodemleven als essentiële nutriënten aan de bodem toegevoegd. Tenslotte zijn sensoren in de bodem geplaatst om realtime inzicht te verkrijgen in het bodemvocht, de pH, het zoutgehalte (EC), de zuurstofindex en de bodemtemperatuur. Aan de hand van deze waardes kan worden afgeleid welke bodemprocessen er plaatsvinden en of de situatie verbetert.